Het OIBi en de kijk op de medemens
In discussies over het basisinkomen ervaar je dat veel mensen eerder vanuit hun gevoel dan vanuit een verstandelijke redenering hun standpunt ten opzichte van het basisinkomen bepalen.
Hier een poging tot onderzoek naar de relatie tussen de acceptatie van het basisinkomen (OIBi ofwel Onvoorwaardelijk Individueel Basisinkomen) en het mensbeeld, de manier waarop je tegen je medemens aan kijkt.
Hoe kijk je tegen je medemens aan?
In ons land bestaan diverse sterke maatschappelijke tradities:
1 Humanistisch
Ook wel als sociaal-liberaal te omschrijven. Moraal komt uit de mens zelf. Het individu is het beginpunt in het denken over de maatschappij, niet een collectief of een staat.
2 Religieus
Moraal komt voort uit een door een opperwezen geïnspireerd geschrift. Het gezin is de hoeksteen van de samenleving.
3 Socialistisch
Sterke nadruk op de staat als schepper van een rechtvaardige, maakbare maatschappij. De sterkste schouders moeten de zwaarste lasten dragen.
4 Kapitalistisch
Een vrije economie geeft vanzelf de beste kansen aan iedereen. Dit leidt tot een kleine staat met minimale regulering.
Deze tradities leiden tot drie verschillende mensbeelden.
Positief mensbeeld: de medemens is betrouwbaar, verantwoordelijk voor het eigen leven, neemt initiatief tot het vinden van scholing en werk, is creatief. Typerend: "verantwoordelijk". Komt uit tradities 1 en 2.
Kritisch mensbeeld: je moet de kat niet op het spek binden, iedereen moet werken voor het geld, sterke regulering van de maatschappij is nodig. Typerend: “tegenprestatie”. Komt uit tradities 2 en 3.
Negatief mensbeeld: de medemens is lui en onbetrouwbaar, zal alleen uit geldzucht of onder dwang betaald werk zoeken, probeert altijd regels te ontduiken of naar de hand te zetten. Typerend: “politici zijn uitvreters”. Komt uit traditie 4.
Sociaal liberalisme
Deze stroming ontleent haar gedachtengoed aan de humanistische traditie en hanteert een positief mensbeeld. We lenen van D66 twee richtingwijzers als basis:
Ten eerste: “Wij vertrouwen op de eigen kracht en ontwikkeling van mensen: mensen kunnen onderling betere, efficiëntere en meer rechtvaardige oplossingen bedenken voor maatschappelijke kwesties dan de overheid.” Dit leidt tot de O en de I in OIBi: onvoorwaardelijke steun aan mensen helpt efficiënter dan steun die van allerlei regels afhankelijk is; individuele benadering vermindert het aantal te controleren regels.
Ten tweede: “Beloon prestatie en deel de welvaart: mensen zijn niet gelijk, maar wel gelijkwaardig. Mensen zijn verschillend en wij willen dat de overheid ruimte laat voor die verschillen. Wel dragen we een gezamenlijke verantwoordelijkheid voor mensen die niet voor zichzelf kunnen zorgen.” Dit leidt tot het Bi in OIBi, het basisinkomen zelf.
Al met al wordt hier een positief mensbeeld gehanteerd.
Socialisme
De socialistische staat kenmerkt zich door een grote mate van solidariteit en een herverdeling van financiële middelen via de fiscus. De samenleving wordt met een verfijnd instrumentarium aangestuurd. Armoede wordt voorkomen door een stelsel van sociale voorzieningen waarin mensen naar behoefte ondersteund worden. Die behoefte wordt door een sterke regelgeving vastgesteld.
Privé omstandigheden worden hierdoor al gauw onderworpen aan controle. Hier wordt een kritisch mensbeeld gehanteerd. Zo leidt de toepassing van een kostendelersnorm op controle op de huishouding die iemand voert ('tandenborstelcontrole'). De regelgeving bij de bijstand maakt bijverdienen financieel onaantrekkelijk, hetgeen ‘zwart werken’ in de hand werkt. De staat bepaalt de behoefte aan ondersteuning die iemand heeft en laat weinig ruimte voor eigen initiatieven. Deze uitgangspunten staan haaks op de O (Onvoorwaardelijk) en de I (Individueel) van het OIBi.
Kapitalisme
In de internationale samenleving viert het kapitalistische neoliberalisme hoogtij, met begrippen als marktwerking en vrijhandel. Zo weinig mogelijk staatsbemoeienis, inperking van vakbondsmacht en minimale sociale voorzieningen kenmerken deze stroming. De hoogte van het loon wordt geheel aan vraag en aanbod overgelaten. In deze optiek is iedereen die weinig geld verdient een ‘loser’ die dat aan eigen falen te wijten heeft: een negatief mensbeeld.
Toch wordt hier soms positief gedacht over een basisinkomen, maar dan zo minimaal dat ernaast werken noodzakelijk is om te kunnen overleven. Het opheffen van de bureaucratie bij de uitvoering van de sociale voorzieningen is een drijvende kracht. De rechtse coalitie in Finland probeerde dit twee jaar lang (2017 & 2018) uit met een grootscheepse proef van €560 per maand voor 1% van de werkelozen. De O van het OIBi staat hoog in het vaandel, het Bi moet in kleine letters geschreven worden.
Wilders
De afgelopen jaren opgekomen protestpartijen als de PVV kenmerken zich door een negatief mensbeeld met veel wantrouwen in het vaandel. Mensen worden al gauw weggezet als uitvreters: buitenlanders en politici ‘sont bien étonné de se trouver ensemble’. Het woord ‘hoofddoek’ leverde op de webstek van de PVV 50 treffers op, ‘basisinkomen’ of ‘basisloon’ nul.
Het gezin
De christelijke partijen dragen vaak het motto uit: “het gezin is de hoeksteen van de samenleving”. Zo’n hoeksteen geeft een gebouw stevigheid. Overdrachtelijk betekent het dat een sterke maatschappij gebouwd is uit gezinnen en niet uit individuen. Het gebouw van de sociale zekerheid is in eerste instantie opgetrokken uit zulke stenen. Angst dat vrouwen uit die hoekstenen zullen breken bij invoering van een basisinkomen maakt invoering ervan dan niet aantrekkelijk. De I uit OIBi staat voor Individueel, dus géén kostendelersnorm. Ook op de webstek van het CDA nul treffers voor 'basisinkomen' of 'basisloon'.
Stelling: Bij een discussie over de invoering van het basisinkomen moet het gehanteerde mensbeeld expliciet besproken worden.